Archives

Wie heeft de naam Alarmschijf bedacht?

20.04.2022 – Sommige vragen duiken op en je verbaast je erover waarom je het antwoord niet weet. Waarom is de lucht blauw? Waarom hoor je in een luchtballon amper wind? En … wie heeft het woord Alarmschijf bedacht?

Het woord Alarmschijf (dat we hier gemakshalve maar even een hoofdletter meegeven) staat niet in De dikke Van Dale, wel op Wikipedia. “De Alarmschijf is een titel die in Nederland wekelijks aan een bepaald nummer wordt gegeven om zo dit nummer extra in de belangstelling te zetten”, zo valt te lezen. En ook: “De Alarmschijf is ontstaan bij Radio Veronica als hittip van het radiostation, nadat de dj’s eerder individuele tips voor de Top 40 hadden gecreëerd. De eerste Alarmschijf stamt van zaterdag 1 november 1969”. Maar wie het woord heeft bedacht staat niet vermeld. Voor het antwoord moet je zelfs op de site van oud-medewerkers van Veronica goed zoeken. Op deze pagina van de Stichting Norderney staat een audiofragment getiteld “Lex over het ontstaan van de alarmschijf”. Dat fragment houdt weliswaar ineens op, maar het antwoord is dan al gegeven. Hieronder het complete audiofragment.

Hoe we dit alles weten? Dankzij oud-TROS-archivaris, maar ook Veronica 192-archivaris Juul Geleick, die ons op het spoor bracht. Het fragment van Lex is een opname van Juul Geleick, waarbij destijds ook Tom Mulder bij aanwezig was. En zo belandde het fragment ook in TROS Poster van 22 januari 1976. Kortom: voor de geschiedenis is het dus al keurig vastgelegd. En omdat deze site ook officieel wordt gearchiveerd door de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag, zit dat hierbij ook wel snor.

Maar nu het antwoord: Naamgever van de Alarmschijf is journalist Henk Bongaarts, beter bekend als Henk van Dorp, thans 82 jaar oud. Ja, die van Barend & Van Dorp. Een zeer creatief man, die in zijn jaren bij Veronica tal van creatieve commercials maakte, zoals de reeks van de ‘witte Wybertjes’. De naam Henk Bongaarts / Henk van Dorp verdient een plaats in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag.

(Met dank aan Juul Geleick en archief Stichting Norderney)